Open hofkerk
Onstaan Open Hofkerk burum deel 1
Achtergronden van het ontstaan van de gereformeerde kerk van Burum
De gereformeerde kerk van Burum was in 1835 de eerste afgescheiden gemeente in Friesland. Hieronder volgt een opstel over het ontstaan van de kerk. Als we de vraag willen weten waarom in Burum de eerste Afgescheiden gemeente werd gesticht, gaan we eerst eens kijken naar wat door historici als oorzaken van deze kerkelijke vernieuwingsbeweging worden genoemd en vervolgens kunnen we onderzoeken of ze ook van toepassing zijn geweest in dit dorp.
De eerste oorzaak die wordt genoemd is van sociaal-economische aard. In 1835 was 65 procent van al het land in handen van 5 procent van de landeigenaren. Dat waren grondbezitters die 20 hectare of meer in handen hadden. De grote massa kleine landeigenaren (75 procent) had slechts 15 procent van het land in handen. Johan Frieswijk, Jo Huizinga, Lammert Jansma en Yme Kuiper, red., Geschiedenis van Friesland 1750-1995 (Amsterdam/Leeuwarden 1998), 93. De alinea’s die hier staan zijn een koppeling van de gegevens van J. Lautenbach, Kleine Luyden, kleine bezitters. Een godsdienst-sociologische benadering van de Afscheiding van 1834 op het Friese platteland (Leeuwarden, 1976) en L.H. Mulder, Revolte der fijnen. De Afscheiding van 1834 als sociaal conflict en sociale beweging (Meppel,1973), Beide werken worden tegenwoordig vanwege hun eenzijdige verklaringsmodel als ‘gedateerd’ beschouwd, aldus expert dr. Lammert Jansma, directeur van de Fryske Akademy en Douwe Kooistra. Beide mondelinge mededelingen.
Dit waren vaak arme mensen, die bovendien in de kerk niets hadden te vertellen.
Tot voorbij halverwege de negentiende eeuw konden namelijk volgens het oude gebruik de zogenaamde floreenplichtigen de gang van zaken in de kerk bepalen. Floreenplichtigen betaalden voor de kerk. De belasting die ze aan de kerk betaalden was gekoppeld aan het landbezit. Hoe meer land iemand had binnen de kerkelijke gemeente, des te meer kerkbelasting hij moest betalen en des te meer stemmen hij had als het ging om beslissingen die de kerkelijke gemeente moest nemen, zoals het benoemen van een predikant. Ook landbezitters die in andere plaatsen woonden hadden stemrecht in het gebied waar ze toevallig land hadden maar waar ze normaal gesproken niet naar de kerk gingen. Sommige historici hebben deze sociale en economische achtergronden gezien als de belangrijkste oorzaak voor de Afscheiding. Zij zagen in deze beweging die vooral succes had bij de landlozen een opstand tegen de gevestigde sociaal-economische orde. Hun boeken dragen dan ook titels als ‘Kleine luyden, kleine bezitters’ en de ‘Revolte der fijnen’. Zie noot hierboven.
Een andere oorzaak was van theologische aard. Een groot deel van het gewone volk geloofde niet in de nieuwe theologie van de Groninger richting, die aan het begin van de negentiende eeuw, na de Napoleontische tijd, aan het opkomen was. Deze stroming beleed een licht liberaal, vriendelijk mens- en godsbeeld. Kern daarvan was dat men optimistisch was over de mogelijkheden van de mens zelf om een positieve bijdrage te leveren aan de verbetering van zijn maatschappelijke lot en in het bijzonder aan zijn zaligheid.
Prof. dr. E.H. Kossmann, De lage landen 1780-1940. Anderhalve eeuw Nederland en België (Amsterdam/Brussel 1984),209.In de jaren dertig van de negentiende eeuw kwamen veel jonge predikanten die waren opgeleid in deze theologie in de pastorieën van het platteland terecht, ook in Burum.